Het wetsvoorstel stelt dat Nederlandse internationale ondernemingen beter zorg moeten dragen voor mensenrechten, arbeidsomstandigheden en het milieu bij hun werkzaamheden in het buitenland. De verplichtingen uit het wetsvoorstel kunnen zowel via het bestuursrecht (bijvoorbeeld door de Autoriteit Consument en Markt) als het strafrecht (Openbaar Ministerie) worden gehandhaafd. Een duidelijke keuze tussen deze vormen van handhaving wordt niet gemaakt. De Raad vindt dat de wetgever duidelijk moet maken waarom het nodig is om ook strafrechtelijk te handhaven.
Het strafrechtelijk handhaven vraagt om een nadere toelichting, waarbij aandacht moet zijn voor de effectiviteit van deze handhaving. De maximale strafrechtelijke veroordeling voor de overtreding is volgens het wetsvoorstel 6 maanden hechtenis, een taakstraf of een geldboete van 90.000 euro. Voor dit soort economische overtredingen wordt in de regel een geldboete opgelegd, zeker als de verdachte een onderneming is. Bij een bestuursrechtelijk boete gaat het om maximaal 10 procent van de omzet. Een veelvoud van wat er strafrechtelijk mogelijk is.
Van vrijdagavond 31 maart tot en met zondag 2 april zijn vrijwel alle computersystemen van de Rechtspraak niet bereikbaar vanwege groot onderhoud. Dit betekent dat niet digitaal kan worden geprocedeerd en onder meer Mijn Rechtspraak, het uitsprakenregister, formulieren en registers niet beschikbaar zijn. Uitzondering is rechtspraak.nl. De website blijft wel beschikbaar.
De werkzaamheden starten op vrijdagavond om 20.00 uur en duren tot zondagavond 23.59 uur. Voor gedetailleerde informatie over welke systemen en diensten niet beschikbaar zijn, zie: onderhoud en storingen.
Is het voor u noodzakelijk om in deze periode stukken in te dienen? Kijk voor uitwijkmogelijkheden op de pagina Wat te doen bij onderhoud en storingen.
Als u hier nog aanvullende vragen over heeft, dan kunt u via Twitter, Facebook of Instagram contact met ons opnemen. Indien nodig verstuurt de Rechtspraak via Twitter informatie over de stand van zaken.
Op werkdagen kunt u ook bellen met het Rechtspraak Servicecentrum: 088 361 61 61. Bereikbaar maandag t/m donderdag van 8.00 uur tot 20.00 uur en op vrijdag van 8.00 uur tot 17.30 uur.
Als een bedrijf of persoon rekeningen niet meer betaalt, kan een faillissement worden uitgesproken door de rechtbank. Dit gebeurt duizenden keren per jaar. Als een bedrijf of persoon failliet wordt verklaard, benoemt de rechtbank een curator. De curator onderzoekt of een doorstart mogelijk is, beheert en verkoopt zo nodig de bezittingen van de failliete boedel. De curator zorgt er vervolgens voor dat, binnen wettelijke regelingen, aan de schuldeisers kan worden uitgekeerd of dat een burger kan worden toegelaten tot een wettelijke schuldsanering.
De faillissementscijfers worden maandelijks gepubliceerd en zijn ook beschikbaar als open data. Daarnaast worden alle uitgesproken faillissementen opgenomen in het openbare Centraal Insolventieregister.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) publiceert ook faillissementscijfers, op basis van de gegevens van de Rechtspraak. Door de gegevens van de Rechtspraak te koppelen met andere beschikbare informatiebronnen toont het CBS bijvoorbeeld ook informatie per bedrijfstak. Door verschillen in rekenmodellen kunnen de cijfers van het CBS verschillen met de cijfers op deze pagina.
Meer informatie: Faillissementscijfers
De Raad voor de rechtspraak stelt dat duidelijker moet worden gemaakt waarom aanpassing van de wet noodzakelijk is om het bezit en gebruik van steekwapens in de openbare ruimte aan banden te leggen. Dat staat in een vandaag gepubliceerd wetgevingsadvies (pdf, 314,2 KB) over de voorgestelde aanpassing van de Wet wapens en munitie. De Raad vraagt zich af hoe de nog op te stellen ‘lijst van verboden voorwerpen’ zich onderscheidt van dat wat al onder de huidige wet verboden is. Hoewel de Raad het maatschappelijk belang ziet iets te doen aan het toenemende aantal steekincidenten, is het wetsvoorstel op cruciale punten onvoldoende uitgewerkt.
Het wetsvoorstel moet het
bezit en gebruik van messen in de openbare ruimte terugdringen. Voorgesteld
wordt om het dragen van bepaalde gebruiksmessen (bijvoorbeeld koksmessen of
hobbymessen) waarmee ernstig lichamelijk letsel kan worden toegebracht in de
openbare ruimte te verbieden. Ook zou er een verbod moeten komen op verkoop hiervan
aan minderjarigen. Het wetsvoorstel is op een aantal belangrijke punten nog onduidelijk,
stelt de Raad. Daarom wordt de minister gevraagd het wetsvoorstel te
verduidelijken en aan te passen.
Het is onvoldoende
duidelijk wat de toegevoegde waarde van dit wetsvoorstel is ten opzichte van de
huidige Wet wapens en munitie. Die verbiedt nu ook al het in de openbare ruimte
dragen van voorwerpen waarmee letsel kan worden toegebracht en waarvan kan
worden aangenomen dat iemand dit voorwerp alleen bij zich heeft om een ander te
bedreigen of letsel toe te brengen. Daarom moet duidelijker worden gemaakt
waarom aanpassing van de wet noodzakelijk is. Ook is nog onbekend welke
voorwerpen precies onder het nieuwe verbod gaan vallen. Dit zal worden
beschreven in de Regeling wapens en munitie, maar de tekst hiervan is nog niet
vastgesteld. Het is daardoor ook niet duidelijk hoe de lijst verboden
voorwerpen anders is dan het verbod dat al in de huidige wet staat.
Daarnaast lijkt in het wetsvoorstel
sprake van een omgekeerde bewijslast. Als iemand een voorwerp bij zich heeft
dat onder het nieuwe verbod valt, moet diegene zelf aannemelijk maken dat dat louter
met vreedzame bedoelingen is. Maar het is onduidelijk in hoeverre die
verklaring moet worden onderbouwd. Als iemand bijvoorbeeld een snoeischaar op
zak heeft voor groenwerkzaamheden, moet dan een arbeidsovereenkomst overlegd
worden waaruit dit blijkt, of voldoet een mondelinge verklaring? Ook staat in
het voorstel dat de voorwerpen niet in de publieke ruimte gedragen mogen
worden, tenzij ze verpakt zijn. Maar wat deze verpakking inhoudt, staat niet in
het voorstel. Mogen aardappelschilmesjes bijvoorbeeld nog los worden verkocht
of moeten die worden voorzien van een (gesealde) verpakking? En als je gaat
kamperen, moet je dan alle messen in afsluitbare verpakkingen opbergen, of mag
je deze ook in een doek wikkelen?
Ten slotte vraagt de Raad zich af of de voorgestelde wijziging van de wet ten aanzien van het verkoopverbod aan minderjarigen soms niet te beperkend is. Denk dan aan een student van 17 jaar die op kamers gaat wonen en daarvoor een messenset wil kopen. Dat is onder de nieuwe wet niet meer mogelijk.
Lees hier (pdf, 314,2 KB) het volledige wetgevingsadvies over het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet wapens en munitie.
Rechtbanken hebben in januari 301 faillissementen uitgesproken. Dit is vrijwel gelijk aan het aantal in december, toen het ging om 299 faillissementen. Dit blijkt uit cijfers van de Raad voor de rechtspraak. Vorige maand gingen 242 rechtspersonen (bedrijven/organisaties) en 59 natuurlijke personen (individuen) failliet.
Als een bedrijf of persoon rekeningen niet meer betaalt, kan een faillissement worden uitgesproken door de rechtbank. Dit gebeurt duizenden keren per jaar. Als een bedrijf of persoon failliet wordt verklaard, benoemt de rechtbank een curator. De curator onderzoekt of een doorstart mogelijk is, beheert en verkoopt zo nodig de bezittingen van de failliete boedel. De curator zorgt er vervolgens voor dat, binnen wettelijke regelingen, aan de schuldeisers kan worden uitgekeerd of dat een burger kan worden toegelaten tot een wettelijke schuldsanering.
De faillissementscijfers worden maandelijks gepubliceerd en zijn ook beschikbaar als open data. Daarnaast worden alle uitgesproken faillissementen opgenomen in het openbare Centraal Insolventieregister.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) publiceert ook faillissementscijfers, op basis van de gegevens van de Rechtspraak. Door de gegevens van de Rechtspraak te koppelen met andere beschikbare informatiebronnen toont het CBS bijvoorbeeld ook informatie per bedrijfstak. Door verschillen in rekenmodellen kunnen de cijfers van het CBS verschillen met de cijfers op deze pagina.
Meer informatie: Faillissementscijfers